> nieuwsbrief > 24e jg. - nr. 2/2020
Inhoud

Mededelingen: hernieuwen bijdrage 2020 – Antiquariaat – Inhoud Jaarboek 2020
    
    
      
    
              
Hernieuwen
            ledenbijdrage voor 2020
De
          jaarwisseling is ondertussen voorbij. We danken de vele leden
          die sindsdien spontaan hun ledenbijdrage vereffenden. Wie dit
          tot nog toe naliet vindt bij dit nummer andermaal eren
          betaalformulier. Nagaan of u wel dan niet betaald hebt leest u
          af op het adresetiket van dit nummer. Indien u boven uw naam
          een *-symbool vindt, dan is alles in orde. Ontbreekt dit *-symbool, dan wijst dit er op dat we
          uw bijdrage nog
          niet mochten
          boeken.  
De
          minimumbijdrage bleef behouden op 29 €. In ruil daarvoor
          verzekeren we u de stipte toezending van het nieuwe Jaarboek Jaarboek Joris
            van Severen – het 24e al – in de meimaand en van de
          vier nummers van ons kwartaalblad Nieuwsbrief Joris van
            Severen. Vanaf het bedrag van 35 € boeken we u met dank
          als steunend lid. Vereffening graag via onze rekening IBAN:
          BE71 0001 7058 1469 – BIC: BPOTBEB1     t.n.v.
          Studiecentrum Joris van Severen, Paddevijverstraat 2, 8900
          Ieper. 
Antiquariaatsaanbod: Onderstaand boekenpakket wordt te koop
          aangeboden voor de globale prijs van 60 €. Geïnteresseerden
          kunnen daartoe contact opnemen met Mevr. Mia Claessen te
          Turnhout via het telefoonnummer 0472 789 050.
- Zoo sprak de
            Leider – bundel toespraken van Joris van Severen.
- Verdinaso-programmaboekje.
- De
            maatschappijleer van het Verdinaso.
Van Louis Gueuning:
          
- Handhaaf en
            bouw nr. 2 van 1962.
- Positions
et
            propositions nr 9 van 1967.
- Liber
            amicorum Louis Gueuning 70 van 1968: 200 exemplaren
          werden genummerd, dit is nr. 14 en gesigneerd.
- Louis
          Gueuning: Petit Testament d’un éducateur 1971.
- Louis
          Gueuning: Joris van Severen écrits et discours, delen
          I - II - III – IV, gesigneerd.
- Louis
          Gueuning: Oeuvres poétiques 1970, gesigneerd.
Inhoud Jaarboek 24 ‘(2020) Joris
            van Severen
Enkele krachtlijnen in het denken van
          Joris van Severen
           
        Maurits Cailliau
Het Nationaal Verbond ‘GGG’ (Noordelijke
          Nederlanden) en het Verdinaso (Zuidelijke Nederlanden – Een
          vergelijking
           
        Henk Tijssen
Hans de Goeij. Studentenleider,
          katholiek revolutionair en Dinaso 
           
        Ruud Bruijns
Joris van Severen in de ogen van ‘The
          Catholic Herald’
           
        Ruud Bruijns
Joris van Severen en Pierre Nohomb
           
        Ruud Bruijns
De briefwisseling tussen Joris van
          Severen en Ward Hermans
           
        Gui van Gorp
          en Maurits Cailliau
Op zoek naar de wortels van de Joris van
          Severen Orde
           
        Jef Werkers
Verhaal gedaan door Jules de Cock,
          nopens zijn aanhouding, de moordpartij van Abbeville, enz.
           
        Jules de Cock
Gedicht: Vlaanderen – In Memoriam Joris
          van Severen
           
        Fernand Florizoone
Herdenkingen 2020 –
          80
            jaar
              later
zaterdag
              16 mei 2020
jaarmis
              te brugge
&
ZONDAG
              17 MEI 2020
GROET
              aAN HET GRAF
TE ABBEVILLE

programma
Jaarmis  in  de Blindekenskapel
              kreupelenstraat te brugge
Zaterdag
16
            mei: 10.15 uur: Plechtige
          Gregoriaans gezongen H. Mis met homilie, geconcelebreerd door
          de E.H. Jan Tilleman en opgeluisterd door het parochiekoor
          Kristus Koning, ter nagedachtenis van Joris van Severen, zijn
          lotgenoten en al onze overledenen in de Blindekenskapel, De Blindekenskapel te
          Brugge herinnert aan de Slag op de Pevelenberg anno 1304
        in de Franse Nederlanden, waaraan de Brugse stedelijke milities
        deelnamen. De kapel is gelegen in de Kreupelenstraat, een
        zijstraat van de Smedenstraat. 
In de Kreupelenstraat is er geen
        parkeergelegenheid. Parkeren kan o.m. in de ondergrondse parking
        op ’t Zand, die zich op wandelafstand van de kapel bevindt.
Aansluitend volgt de Herdenking aan het Bourgoensche
              Cruyce
Zaterdag 16 mei: 11.30
            uur: aan
          de toegangspoort tot het Bourgoensche Cruyce, het voormalige
          woonhuis van Joris van Severen in de Wollestraat te Brugge
          memoreert een gedenkplaat de namen van de vier Brugse
          slachtoffers van het Bloedbad
            van Abbeville. Sinds enkele jaren wordt daar door het
          Brugse Abbeville Comité
          jaarlijks een korte herdenkingsplechtigheid gehouden met
          volgend stramien: welkomstwoord, In Memoriam voor de vier
          Bruggelingen, bloemenhulde, toespraak namens het Brugse
          stadsbestuur, afscheidswoord, het Gebed voor het Vaderland.
          
De
          afsluitende receptie
          heeft voortaan plaats onmiddellijk na het einde van deze
          plechtigheid aan het hotel Erasmus in de Wollestraat.
Groet aan het graf te Abbeville
Zondag
            17 mei:
          afspraak om 11.30 uur
          aan de toegang tot het kerkhof te Abbeville. Aansluitend
          gezamenlijk bezoek aan het graf van Joris van Severen en 
Steun en info
Wenst
          u op de hoogte gehouden te worden van de activiteiten van de Stichting
            Joris van Severen vzw, dan kunt u zich wenden
          tot de voorzitter 
Steun
          in het bijzonder voor
            de bloemstukken op het graf te Abbeville en voor
          de door de Stichting ontplooide initiatieven kunt U overmaken
          op het rekeningnummer van de Stichting Joris van Severen: IBAN: BE29
          4650 2267 2164 BIC: KREDBEBB, Izegem.
Voor
          het bezoek aan het graf te Abbeville op zondag 19 mei maken we
          gebruik van de ‘samen rijden’-formule op kosten-delende basis.
          Dit initiatief wordt gecoördineerd door Paul Seynaeve – tel.
          0495-290318 - tot uiterlijk 15 mei. Na deze datum kunnen in
          deze geen bindende afspraken meer gemaakt worden.

De Stichting
            Joris van Severen vzw, opgericht in 1992, heeft als statutaire
          opdracht “de persoon en het werk van Joris van Severen in ere
          houden en ze aan anderen leren kennen en waarderen. Daartoe
          organiseert de vereniging naast godsdienstige ook andere
          herdenkingen, spreekbeurten, publicaties, studies of enige
          andere activiteit. Tot dit doel onderneemt zij allerhande
          initiatieven die rechtstreeks of onrechtstreeks tot de
          verwezenlijking van dit doel kunnen bijdragen. Zij mag daartoe
          alle noodzakelijke roerende of onroerende goederen bezitten of
          verwerven.” De Stichting stelt iedereen
          in de gelegenheid daadwerkelijk aan de verwezenlijking van
          haar initiatieven mee te werken.
De Stichting Joris van
            Severen nam in 2007 in onderlinge verstandhouding de
          taken over van de vzw Abbeville (opgericht in 1996 en
          ontbonden in 2007) waarvan de actieve leden toetraden tot de Stichting
            Joris van Severen vzw. Op die wijze werden de krachten
          gebundeld en blijvend tot synthese gebracht. 
De
          doelstellingen van de voormalige vzw Abbeville,
          namelijk: het monument te
              Abbeville blijvend vrijwaren, in stand houden, en
              jaarlijks een bezoek aan het graf organiseren, zo dicht
              mogelijk bij 20 mei behoren sindsdien tot het
            takenpakket van de Stichting Joris van Severen. 
Als
          voorheen blijft de Stichting
            Joris van Severen vzw zich uitdrukkelijk onafhankelijk
          van alle partijpolitiek opstellen. 
Namens
          de Stichting Joris van
            Severen: 
Programma onder voorbehoud van
            eventuele afgelasting
ten
            gevolge van de dan geldende Corona-maatregelen
in het laatste jaar
          van mijn humaniora
de retorica 44-45
          van het onze-lieve-vrouwecollege
waren we met drie
          die tegelijk
én bij het geheime
          Verdinaso waren
én jezuïet wilden
          worden
hoe die twee
          roepingen al dan niet konden samengaan
zou op die
          bijblijvende dag blijken
in het beukenbos
          van Huldenberg
in het kasteel
          aldaar verbleef
sinds de moord op
          van Severen
diens opvolger
          graaf van Limburg struma
ik had die man van
          heel den oorlog
nog niet ontmoet
          tot op een dag
onze scoutsmaster
          Hendrickx
die tegelijk onze
          verdinasoleider was
de uitnodiging
          kreeg om met ons drieën
naar zijn kasteel
          in Huldenberg te komen
na meer dan
          zeventig jaar weet ik echt niet meer
hoeveel strofen het
          Wilhelmus telt
toch moesten wij na
          aankomst
ze in strak gelid
tot de laatste toe
          staan zingen
bij het verschijnen
          van de graaf
vergis ik mij als
          ik mij herinner
dat zelfs de beuken
          daarbij in strakke houding stonden?
tevoren bij het
          verbeiden van de graaf
waren wij
          verwelkomd door een kramakkelijk
grammofoontje
dat krakend de
          vijfde symfonie van Beethoven voortbracht
wij drieën wisten
          toen echt nog niet
wat ons te wachten
          stond
maar dat zou ons na
          het Wilhelmus
en het opzeggen van
          de zeventien provincies
(ik ken er nu nog
          nauwelijks een dozijn)
vlug duidelijk
          worden
onder de toespraak
          van de graaf
al was hij de
          leider van groot-Nederland
toch kende hij niet
          het kleinste woordje Nederlands
maar het was vooral
          de inhoud van zijn toespraak
die ons stoorde:
voor we zoals
          voorzien
trouw zwoeren aan
          Dinaso en zijn gedachtengoed
moesten we verzaken
          aan onze jezuïetenroeping
ineens begonnen de
          beukenstammen
in plaats van in
          houding te staan
er maar slap bij te
          hangen
ook wij voelden ons
          helemaal niet goed
en samen met onze
          master beraadden wij ons
dat beraad hoefde
          niet lang te duren
om tot het besluit
          te komen
zonder de graaf nog
          een blik te gunnen
weer de wagen in te
          stappen
en naar huis te
          rijden
het was ons onder
          die beuken van Huldenberg
voldoende duidelijk
          geworden
dat het volgen van
          de nieuwe groot-nederlandleider
onmogelijk kon
          samengaan met het volgen
van onze vertrouwde
          zaligmaker
lv [luc versteylen
          - °1927]
Bron: http://mailchi.mp/1c0411a83e00/jwtr5ncq9q-858481?e=4d578602ce
Luc Versteylen werd op 11 september 1927
        geboren in Antwerpen. Over zijn jeugdjaren gaf hij in 2008 in de
        pers toe dat hij als zestienjarige lid geweest was van het
        Verdinaso, een autoritaire, met het fascisme verwante politieke
        groepering. Versteylen was naar eigen zeggen geen lid van het
        collaborerende deel van Verdinaso, maar wel van het 'geheime
        deel', dat in het verzet tegen de Duitsers stond.
http://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20110108_054
Grafrede
            voor Louis Gueuning, 
            Fakkeldrager van de XVII Provinciën der Bourgondische
            Nederlanden 
Van stroom – Schelde, Maas, en Rijn – tot
        stroom, tot aan de zee; van Karel de Grote (Aken) tot Joris van
        Severen (Abbeville aan de Somme),
herdenken wij vandaag de “Defensor Civitatis
        et Ordinis”, hier in Main-vault2 ten grave gedragen
        op ’s Konings naamfeest, 15 november.3
Leider der Franstalige leden van het
        Verdinaso, benoemd door Joris van Severen op 4 mei 1940,
        stichtte Louis Gueuning op 6 september 1940, na het bloedbad van
        Abbeville, de ‘Orde Joris van Severen’ en legde hij op die
        manier de grondslagen voor de geopolitieke “geloofsleer” van de
        nieuwe en toekomstige Lage Landen aan de zee, of om het met een
        kenmerkende Engelse benaming te zeggen: de ‘Low Countries’ (of
        Bene-lux-in-wording, sleutel van het Lotharingse Europese
        Middengebied, de “as” van Europa).
Die “geloofsleer” vatte Louis Gueuning samen
        ten jare 1960 in zijn “Leerstellingen” (Propositions
          doctrinales), die de grondslag uitmaken voor een omvorming
        van de huidige particratie in een gezonde democratie, met een
        gezagsvol hoofd en een door het volk verkozen vertegenwoordiging
        (Parlement): “de prins in zijn Raden, het Volk in zijn Staten”.4
Dit is nog steeds, voor het te laat zal zijn,
        de boodschap van deze herdenking op zaterdag, 23 november 2019.
Jopseh-E. Peeters,
Stichter (1968) en
          Permanent secretaris 
van de Stichting Louis
          Gueuning
_____________________
1 Hier wordt verwezen
          naar Bart Van Loo, De Bourgondiërs, Aartsvaders van de
            Lage Landen (1369-1467), De Bezige bij, 2019. De auteur
          werkt momenteel aan een vervolg op dit meesterwerk op basis
          van “De Bourgondische Grondslagen van de Lage Landen”. Zie ook
          het artikel “Ik wil het vuur doorgeven” in De Morgen
          van 18/12/2019.
2 In dit woord
          (vault) hoort men duidelijk het Duitse “wald” (woud), anders
          gezegd: “het woud van de Romeinse krijgsheer Meo”.
3 Bedoeld is Leopold
          lll, de vorst die Louis Gueuning trouw heeft gediend en
          gesteund in zijn neutraliteitspolitiek.
Zie ook: Peeters,
          Joseph-E, Oraison Funèbre pour Louis Gueuning, 1971. Nieuwsbrief Joris
            van Severen, 23e jg., nr. 1, 2019.
4 Geniale formule als
          verwoord door René de La Tour du Pin in zijn Vers un ordre
            social chrétien, door Joris van Severen in ons
          taalgebied geïntroduceerd.
Geheime geschiedenissen van België
Joris van Severen was een ware politicus, een
        Vlaams idealist van 45 jaar die van 1921 tot 1929 afgevaardigde
        voor Roeselare was, stak zijn politieke ambities niet onder
        stoelen of banken. Hij was een aanhanger van Maurras,
        fascistisch getint en antiparlementair. In oktober 1931 had hij
        het VERDINASO (Verbond van Dietse Nationaal-Solidaristen)
        opgericht; deze beweging streefde naar de vorming van een Dietse
        Bond die de Nederlandstalige gebieden van België en Nederland
        met de geconfedereerde Staten van Wallonië, Friesland en
        Luxemburg tot één corporatieve Staat wou verenigen.
Deze streng-disciplinaire beweging brak met
        het ”separatistische Flamingantisme” en bestreed het
        ”partijenregime”. Ze telde 5000 groen-hemden en 15.000 leden.
        Het Verdinaso had de fascistische enscenering overgenomen
        (vaandels, uniformen en massabijeenkomsten), maar inspireerde
        zich meer op Salazar [de autoritaire leider van Portugal – nota
        van de redactie] dan op Hitler. In 1935 had Van Severen te
        Brussel Rosenberg ontmoet, maar er bestaan geen bewijzen voor
        een overeenkomst van welke aard ook tussen het Verdinaso en de
        nazipartij.
De leider van het Verdinaso heeft meermaals
        zijn trouw aan Leopold III betuigd en in september 1939 opteerde
        hij voor de neutraliteit. Niet lang daarna, ondertekent hij in
        het Belgisch-Nederlands-Luxemburgse kader een manifest van
        neutraliteit en trouw aan de koning. Zijn handtekening komt voor
        naast die van hooggeplaatste personaliteiten aan (wier
        vaderlandsliefden niet getwijfeld wordt): baron vanden Bosch van
        de Academie, graaf van der Burch, T. Braun, Carton de Tournai,
        M. de Corte (Luik), Nobelprijswinnaar C. Heymans, L. Hommel, I.
        van Houtte, L. de Lichtervelde, baron P. Nothomb, C. Terlinden
        (Leuven) en generaal Tombeur de Tabora.
De pers van die beweging veroordeelt zowel de
        aanhangers van de Duitsers als die van de Geallieerden. Sinds
        het uitbreken van de oorlog heeft Van Severen ook alle
        betrekkingen met Duitsland verbroken. Hij blijft evenwel
        optimistisch ten overstaan van dat land: ”Ze zullen zich geen
        tweemaal aan dezelfde steen stoten, de les van 1914 volstaat
        voor hen,” schrijft hij op 17 november 1939 aan zijn vriendin R.
        Baes.
Na het alarm van januari 1940 schijnt hij
        minder gerust; hij zegt aan R. Baes: “Als België aangevallen
        wordt, zal ik onmiddellijk dienstnemen, niet als officier,
        hoewel dat mijn graad is, maar als gewoon soldaat.” Het is
        duidelijk dat deze leider van uiterst rechts nooit met een
        bezettende macht zou geheuld hebben.
___________________
Bron: Jacques de Launay,
          De geheime
            geschiedenissen van België, Byblos, Brussel, 1974, pp.
          131-133.
Geachte
          mevrouw Rachel Baes,
Wat
          was ik er graag bij geweest, die middag op 19 november van het
          jaar 1936 in een statig huis op de Molièrelaan in Ukkel. Uw
          onvermoeibare echtgenoot-journalist, Robert Leurquin, had een
          aantal prominenten uitgenodigd voor een lunch. Was ook van de
          partij: Joris van Severen, de katholieke leider van het
          fascistische Verdinaso. De man die ooit in het parlement, “La
          Belgique, qu‘elle crève!” (“België barst") had geroepen, maar
          jaren later daar toch zou op terugkomen, die droomde van de
          hergeboorte van een corporatistisch Boergondië, of van een
          hereniging van de Zeventien Provincies maar bovenal van een
          sterk aristocratisch leiderschap.
En U, mijn beste Rachel, was
          er die middag ook bij, als gastvrouw. Hing er spanning in de
          lucht? Eigenlijk paste U niet in het plaatje. Een fascistisch
          leider hoorde zich niet in te laten met een vrouw met een
          flamboyant karakter en artistieke ambities. In de
          extreemrechtse kringen van die tijd was een echte man, een
          macho. En een échte vrouw een braaf moederke dat veel kinderen
          had gebaard en 's avonds de pantoffels klaarzette voor manlief
          die afgepeigerd thuis kwam van zijn strijd tegen he
          parlementarisme, de decadentie, de roden, de democratie...
U was
          vierentwintig. Van Severen tweeënveertig. U was door uw vader
          opgeleid tot kunstschilder en U schilderde een aantal niet
          onver-dienstelijke portretten en bloemstukken. Van Severen was
          dé charismatische leider van het moment met een onberispelijk,
          aristocratisch imago maar achter de schermen eigenlijk een
          ordinaire hoerenloper. Maar dat wist u op 19 november 1936
          natuurlijk nog niet. U was meteen onder de indruk van zijn
          verschijning: “Ik stelde mij de ‘chef’ van het Verdinaso groot
          voor, arrogant, onbehouwen, iemand die naast zijn schoenen
          loopt van eigenwaan: maar groot was mijn verbazing toen hij de
          salon binnenkwam. lk heb onmiddellijk beseft dat een man
          totaal van zijn reputatie kan verschillen". En ook Van Severen
          was diep onder de indruk, de vonken moeten tijdens die lunch
          al meteen zijn overgeslaan want ‘le dictateur de la Flandre’
          zal haar later schrijven: "Het is lang geleden dat ik een
          degelijke ervaring heb mogen ondergaan, zoals die welke me
          overviel op die 19de november, toen ik u op de blauwe zitbank
          zag, ingepakt door het hemelse blauw van uw ogen en het vurige
          rood van uw jurk”… 
Rachel
            Baes
Er
          volgt een passionele relatie die met hoogtepunten en diepe
          crises zal duren tot 1940, want in mei 1940 wordt Van Severen
          in Brugge gearresteerd en samen met een groep verdachten naar
          de kelder van een kiosk in Abbeville gebracht. Het Duitse
          leger rukt verder op naar Noord-Frankrijk en Franse soldaten
          besluiten nog snel een twintigtal arrestanten, waaronder uw
          grote liefde Van Severen, te executeren.
U zou
          tot uw dood rouwen om uw grote liefde, ‘le pauvre Georges’.
          “Ma vie est sans couleur” schrijft u in uw dagboek.
De
          rest van uw leven is een langgerekte rouwperiode van meer dan
          veertig jaar. Uw schilderijen tonen een donkerblauwe wereld
          waarin jonge, witte meisjes met of zonder hoofd zijn gestrand.
          In 1983 vindt een werkman u drie weken na uw overlijden in uw
          huis in Brugge.
Enkele
          dagen later zal uw lichaam worden bijgezet op de begraafplaats
          in Abbeville, op enkele meters van de laatste rustplaats van
          uw geliefde Georges.
Droogstoppel
Résumé
Droogstoppel
            écrit une lettre ouverte à Rachel Baes (1912-1983), la
            maitresse du chef d'un groupe fasciste Joris van Severen.
            Lorsque l'armée allemande envahit la Belgique en mai 1940,
            Joris - Georges – van Severen fut emmené à Abbeville pour y
            être exécuté par des soldat français. Rachel Baes pleurera
            cette perte pour le restant de ses jours. En 1983, elle
            mourut dans la plus grande solitude et fut enterrée à côté
            de son amant au cimetière d'Abbeville.
_________________________
Bron:  Maandblad De
            Vijfhoek (Brussel), december 2019, p.  9.
Op 24
          september 2019 overleed te Oostende Roger
              Ponjaert, geboren op 20 december 1931 en sinds
          jaar en dag lid van ons Studiecentrum. 
Te
          Brasschaat overleed op 6 februari 2020 Em. Prof. Dr. Geert Thiers, geboren te Tielt
          op 27 juli 1942 als jongste zoon van Emiel Thiers.
Bart Maddens
(…) "Moet De
            Wever dan nu plots een 'Joris van Severen' gaan doen?", zo
            klinkt de vraag binnen de N-VA. De historische verwijzing
            naar de "case" van Joris van Severen, de Vlaams-nationale
            leider van Verdinaso uit het interbellum, spreekt tot de
            verbeelding. Zonder twijfel is Van Severen één van de meest
            boeiende, en uiteraard ook controversiële figuren uit de
            geschiedenis van het Vlaams nationalisme: niet toevallig
            schreef de doctoraalstudent Geschiedenis Bart De Wever er in
            2001 over, daarbij focussend op de post-oorlogse politieke
            erfenis van de "Grote Leider".
Van Severen was
            immers in de loop van zijn politieke carrière nogal
            "flexibel" met hoe hij het "volk'' zag, waarvan hij de
            belangen vertegenwoordigde, waarvoor hij een "natie" wilde
            bouwden (over "wat" hij wilde bouwen, een fascistische
            "Nieuwe Orde", gaan we hier niet verder in detail). Begonnen
            als klassieke anti-Belgische Vlaams-nationalist, schoof Van
            Severen geleidelijk aan op naar een Dietse natie
            (Vlaanderen, Nederland en Frans-Vlaanderen) om te eindigen
            in een "Bourgondisch" nationalisme, waarbij het belgicisme
            omarmd werd en Walen (net als Friezen en Luxemburgers) op
            basis van bloed en afstamming ook "Dietsers" waren in de
            ogen van Van Severen, zij het "geromaniseerd". Overigens
            lachte Van Severen binnenskamers zelf met hoe hij de
            oeverloze discussies rond de term "volk" tussen zijn
            partijgenoten handig had opgelost. 
De Wever mag
            dan zich zo'n twintig jaar geleden verdiept hebben in het
            politieke gemanoeuvreer van Van Severen, hij lijkt vandaag
            niet bepaald klaar om een dergelijke "verbreding" van het
            N-VA-nationalisme te gaan doorduwen, om er een "Belgische"
            saus op te gieten. Het feit alleen al dat binnen N-VA naar
            een figuur als Van Severen wordt verwezen, om een mogelijke
            federale bocht straks historisch te duiden, belooft niet
            veel goeds.(…)” 
______________________
Bron: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/01/07/bart-de-wever-redder-van-belgie/
Zie ook: Bart de Wever,
            ‘De schaduw van de Leider. Joris van Severen en het
            naoorlogs Vlaams-nationalisme’, in Jaarboek Joris van
              Severen 5 (2001), pp. 117-205.
In deze rubriek
          verwijzen we zonder veel commentaar naar recente publicaties
          waarin Joris van Severen en/of het Verdinaso vermeld worden.
          We citeren de meest treffende passussen woordelijk zonder
          daarin volledigheid na te streven. We verzoeken onze lezers,
          met ons, uit te zien naar publicaties die voor deze rubriek
          'stof' kunnen leveren en ons kopie van de betreffende passages
          toe te sturen.
Limburgse
            Dinaso in het verzet
(…) Gedurende de OF-periode wordt onder
        andere via Johannes Swinkels geprobeerd informatie los te
        krijgen van VNV’ers. Swinkels was immers voor de oorlog een
        fervent Verdinaso-lid en heeft nog zekere contacten met leidende
        elementen van de nieuwe orde, onder andere Theo Brauns, toen
        kabinetschef van de gouverneur van Limburg. (p. 119) 
(…) Een sprekend voorbeeld hiervan is
        Johannes Swinkels, vóór de oorlog een fervent Verdinaso-adept en
        goed bevriend met hoogwaardigheidsbekleders binnen de
        Nieuwe-Orde-bewegingen, die zich tijdens de bezetting ontpopt
        als een geëngageerd … Ibidem, 476. 742 WOLLANTS (e.a.),
        ‘Russische partizanen…’, 128. 169 verzetsstrijder. Bovendien
        kunnen we zelfs de Communistische partij in zijn geheel als
        voorbeeld stellen, die in het begin van de oorlog zal oproepen
        aan zijn leden om zich rustig te houden omwille van het
        Sovjet-Duitse niet-aanvalspact. Van zodra dit pact verbroken
        wordt, (p. 168) (…)
_______________________
Bron: Hans Linten, Partizanen
            in de Zuid-Limburgse Fruitstreek, Masterproef
          voorgelegd aan de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte voor het
          behalen van de graad van Master in de Geschiedenis, UGenr,
          2012-2013 
De Vlaamse
            Linie
(..) In dat 11
          juli-nummer [van De Vlaamse Linie] had Lode Claes
          (onder pseudoniem Georges Frederickx) de resultaten
          gepubliceerd van een enquête naar de meest belangrijke Vlaming
          van het moment. De namen in de top-vijf spreken voor zich:
          Cyriel Verschaeve op één (met bijna een kwart van de
          uitgebrachte stemmen), vervolgens Lodewijk Dosfel, Frans
          Daels, Flor Grammens en Joris van Severen. De eerste
          “gematigde” flamingant eindigde in de lijst op nummer tien:
          Frans van Cauwelaert. Het nummer lokte heel wat ziedende
          reacties uit en was zelfs het dominerende gespreksonderwerp op
          de bisschoppenconferentie van juli dat jaar.(…).
___________________
Uit recensie
(…) Nothomb vu s’intéresser ensuite au Verdinaso
          (solidariste) de Joris van Severen, le chef nationaliste
          flamand. Il intervient entonnement pour tenter de faire
          libérer celui-ci en mai 1940. On se souvient que malgré la
          décision de le relâcher Van Severen sera maintenu en prison et
          assassiné par des soldats français à Abbeville pendant
          l’exode. S’ abstenant de toute actions politique pendant
          l’occupation de la Belgique. (…) 
___________________
Bron: Présent,
          Franse krant, 2 november 2019. Recensie boek Lionel Baland
          over Pierre Nothomb, door Francis Bergeron.
Dinaso’s
            in het verzet (2)
Er was ook een fascistische
            verzetsorganisatie
‘Je mag je daar niet op blindstaren, maar
          inderdaad, dat was het kleine Nationaal Legioen van Paul
          Hoornaert. Hij overlijdt uiteindelijk in 1944 in een
          concentratiekamp. Opgericht in 1922 was zijn beweging de
          eerste fascistische groepering in België, voornamelijk
          Franstalig, antisemitisch, royalistisch en belgicistisch.
Oké, maar een groot
              deel van het georganiseerde verzet werd gevormd door
              belgicistische, rechtse en later Leopoldistische krachten.
              Geen grote democraten. De Nationale Koninklijke Beweging
              was toch een van de eerste verzetsgroepen van het land?
‘De NKB ontstaat in Aarschot, uit een
          afdeling van Rex-Vlaanderen en gaat pas in de zomer van 1941
          echt ondergronds. Een jaar eerder ziet de Witte
          Brigade-Fidelio van de liberaal Marcel Louette al het licht
          tijdens een vergadering van de Jonge Geuzenwacht. Die groep
          kan je bezwaarlijk rechts of ondemocratisch noemen. Eerder
          integendeel. Uiteraard is er ook het sterke Belgisch Legioen
          dat vanaf juni 1944 het Geheim Leger heet, waar zeker in de
          eerste fase bij de stichtende kaders een rechts-autoritair
          mens- en maatschappijbeeld de toon zet. Er zijn ook mensen die
          vanuit het Verdinaso in het verzet stapten. Hun ideaal sloot
          dicht aan bij de Nieuwe Orde, maar wel in een
          Belgisch-patriottisch kader.’
______________________
Bron: Karl Drabbe in
          gesprek met Koen Aerts op Doorbraak, 8 november 2019.