In deze
jaarboekaflevering komt vooreerst Joris
van Severen zelf aan
het woord. Zijn oorlogsdagboek Die
vervloekte oorlog1 eindigde op 11
november 1918, de dag van de Wapenstilstand. We
brengen hierop het integrale vervolg voor wat het jaar 1918 betreft.
Uit die
resterende dagboekbladzijden
van 1918
blijkt hoezeer Joris van Severen op
de hoogte was van de toenmalige actualiteit. Hij staat stil bij
gebeurtenissen
waarover nu niemand nog spreekt – als de Jodenvervolging binnen het
toen pas
opnieuw ontstane Polen of de marxistische revolutie in Duitsland – en
bij
toestanden die na een decennialang stilzwijgen weer in de media komen –
zoals
de Armeense genocide door de Turken. Een en ander illustreert
voortreffelijk de
selectiviteit van het collectieve geheugen! In eigen land raakt hij,
alhoewel
nog onder de wapens, betrokken bij de oprichting van de Frontpartij,
neemt hij
het voor de activisten op en is hij te Verviers getuige van de
terugtrekking
van de Duitse legers.
In 1933 vond te Delft
een grootse Oranjehuldiging plaats
waarvoor Cyriel
Verschaeve de plechtige eedformule “Wij
heffen hart en handen voor ’t heil der Nederlanden…” dichtte, die
sindsdien
op de gevel van de kerk te Delft gebeiteld staat.
De naam van Willem
Pompe is een naam met klank in intellectueel Nederland. Dat deze
geleerde
Groot-Nederlands dacht èn niet bepaald afkerig stond van de
toenmalige
“nieuwe
orde”-bestrevingen – en vanuit deze beide belangstellingssferen contact
zocht
met Joris van Severen – is geen geheim, alhoewel het natrekken zeker
waard,
toont
Hoe kwam Louis Gueuning, als fervent “Wallingant” tot het Verdinaso? Jef Werkers trok het na door Gueunings parcours nauwgezet na te gaan. Hij verklaart meteen waarom Gueuning naderhand tot de getrouwsten onder de getrouwen kan gerekend worden.
Minder bekend is het
parcours dat kunstschilder Albert Servaes
aflegde na
mei 1940.
Eind vorig jaar overleed vrij onverwacht Rudy Pauwels, medestichter van ons Studiecentrum. Van zijn hand hadden we nog een kortere tekst in portefeuille. Als geen ander zag hij het als zijn taak om waar nodig de nagedachtenis van zijn oom Joris van Severen te verdedigen.3 Ook deze tekst kadert in dit opzet. We brengen hem als eresaluut ter zijner nagedachtenis.
____________
1 Die
vervloekte oorlog, uitgegeven door ons Studiecentrum in
samenwerking met Uitgeverij
Pelckmans te Kapellen en ingeleid door
2 Een
eerste
bijdrage van zijn hand over
Karel de Schaepdrijver verscheen in Jaarboek 8, onder de titel Karel de Schaepdrijver, de “sublieme
desserteur”.
3 Zie onder meer zijn essaybundel Joris van Severen – een apologie en de jaarlijkse “groene brochures” van zijn hand.
______________________
N.a.v. Joris van Severen zijn persoon, zijn gedachten, zijn invloed, zijn werk – Jaarboek 13 (2009), 208 pp., ill., Ledenprijs: 25 €. Boekhandelprijs 30 €.